JavaScript is disabled in your web browser or browser is too old to support JavaScript. Today almost all web pages contain JavaScript, a scripting programming language that runs on visitor's web browser. It makes web pages functional for specific purposes and if disabled for some reason, the content or the functionality of the web page can be limited or unavailable.

Kapper

Ooit, heel lang geleden, moest ik elke twee weken naar de kapper om mijn ‘bloempot’ bij te laten werken. Dat was altijd op woensdagmiddag. Wás je eens een middagje vrij, moest je naar de kapper. En je was niet de enige hè, er zaten er nog tientallen. Moest je dus wachten tot het je beurt was. In die tussentijd ‘De man van staal’ lezen of een of ander boekje waarin heel veel aan karate wed gedaan. Whoeaaaaai, tsjakka. Dat soort kreten. Was wel je enige vrije middag naar de knoppen natuurlijk. Een middag waarin je hutten had kunnen bouwen, had kunnen voetballen, zelf banzaaaai had kunnen roepen, fikkie stoken en paleizen had kunnen lijmen van afgebrande lucifers, toen nog in duizendtallen te vinden op straat omdat zowat iedereen nog rookte en aanstekers slechts in het bezit waren van de elite. Je zou hebben kunnen studeren in de Grote Bosatlas, maar dat was slechts voorbestemd voor degenen die ooit naar het gymnasium zouden gaan, of willen. En de enige boeken die wij thuis hadden bestond uit de volledige serie van de Katholieke Encyclopedie. Daar begon je als kind niet eens aan, want die boeken waren veel te zwaar. Oh ja, en ‘De hut van oom Tom’ en ‘Mijn kinderen eten turf’. Dat was zo’n beetje onze bibliotheek. Meer kon ook gewoon niet, want ons huis was niet het allergrootst en met negen kinderen alleen al was het er knap vol.

Nu, een jaar of 60 later, zie je overal de kapsels die wij toen ook hadden. Goed, er waren leeftijdgenoten die thuis een wat minder streng beleid kenden. Die, toen de Beatles beroemd werden hun haar gewoon mochten laten groeien. Zo niet bij ons. Moeder was fan van de Dutch Swing College Band en van Vera Lynn, en vader was fan van mijnheer pastoor. Ons kapsel diende zich daar dus bij aan te passen. Alles boven de oren weg en hooguit had je een soort kuifje, aangelegd met Brylcreem want van gel had niemand nog gehoord.

Zat je daar met je vetkuif, maar de èchte vetkuiven zaten op een Kreidler, dat waren Elvis-fans, jij zat op je fietsje. Ook toen de pubertijd zijn intrede deed en jij, in je korte broek, over het sintelpad in de Achterstraat richting Frencken reed. Wel een kuif, geen lange broek. Toen ik in de tweede klas zat kreeg ik mijn eerste lange broek, zo een met van die bandjes onder mijn voeten en zonder gulp. Een soort van turntrainingsbroek dus. Zo een met een naad aan de voorkant, vast en zeker heel goedkoop maar zeker geen Levi of Wrangler. De eerste lp die ik ooit kocht was die van de Stones, Sticky Fingers. In sommige landen werd die hoes (met werkende gulp) ooit gecensureerd, nou bij ons drie seconden nadat ik hem mijn moeder liet zien. Ik heb erom gejankt, was woest maar moest ook eten natuurlijk. Moeder, het zou nu een collectors-item zijn, heel veel geld waard. Maar zo commercieel was ze nou ook weer niet.

De moderne kerel gaat nu vrijwillig elke twee weken naar de kapper om zijn bloempot bij te laten werken. Kan er met m’n pet nog steeds niet bij.

evr