Je moet er niet heen gaan met muzikale aspiraties. Stijlen, zoals binnen rock, jazz, latin of klassiek zijn niet te herkennen, tenzij je het een carnavalsmuziek (de Weggooiers) noemt en het ander feestmuziek (Marco Schuitemaker) of Palingsound (Jan Smit). Je moet erheen omdat je zin hebt in een feest èn om mee te zingen natuurlijk, want niemand daar hoort toch of je wel of niet kunt zingen; vijfduizend man om je heen doet hetzelfde.

Het Lukwelpark was natuurlijk plaats van handeling. Tussen 14.00 en 24.00 uur klonk het Nederlands. Al tijden uitverkocht. 150 medewerkers achter kassa, tap en wat al niet meer. Allemaal gewoon betaald ook. Beveiligers waren er 35 en de ‘backstage’ wordt er altijd basic gehouden. Geen ‘riders’ van artiesten, gewoon een drankje uit de koelkast in een tentje. Ergens één tank met niet minder dan 25.000 liter bier. Organisator Bram Schouwenaars zag dat het goed was.

Geen Nederlands

Jan Smit was natuurlijk de grootste publiekstrekker. Maar ook Vinzzent, De Weggooiers en John de Bever zijn natuurlijk namen waar heul veul volk op af komt. Oh, en natuurlijk het Wosteroutse aandeel, want dat brengt tenminste de inhoud van een vol Zonneke met zich mee. De populariteit van het Nederlandstalige repertoire is enorm. De helft van de Top 40 wordt door onze moerstaal in beslag genomen. “Ja, tuurlijk wordt die gevolgd”, lacht Schouwenaars. “Ik luister die ook altijd via Spotify.” De tijden zijn veranderd, zeker voor een ouwe verslaggever, die onder Nederlandstalig Ramses, Boudewijn en hooguit De Dijk verstaat. Willie Alberti is van voor zijn tijd. Nee, geen Rowwen Hèze, dat is geen Nederlands(…). “Wat we ook zien is dat het publiek steeds jonger wordt. Vijf jaar geleden was 40-plus de norm, nu 20 plus.”

Jezus

Of het niet enigszins ‘ondankbaar’ is dat je pas succes hebt wanneer de meute half dronken is? Ach, bij zulke dingen moet je allemaal niet stil staan. ‘Het is feest in de tent, van Goes tot Purmerend’. Een aantal van de artiesten hier, moest daarna nog naar Den Bosch. Tien of twintig mille per avond is zo gek nog niet. Op het terrein natuurlijk ook een ‘eethoek’, een waar die foodtrucks in het park van vorige week jaloers op zou kunnen zijn; eenzelfde menu maar een stuk goedkoper. Rond een uur of negen gingen de poncho’s aan, maar dat deden alleen de watjes, want even later was het alweer voorbij. Het ‘In de naam van Jezus’ hielp daar vermoedelijk bij.

Een geweldig vuurwerk ‘backstage’ maar mooi zichtbaar voor het publiek zorgde voor een fraaie finale. Mooi feest hoor. En voor degenen die de avond op cola of water hadden doorgebracht: Emoties juichen, gevoelens fluisteren.

evr

(foto’s Casper van Aggelen)