Elten was Duits tot net na de Tweede Wereldoorlog. Toen behoorde het na onderhandelingen met de geallieerden tot Nederland. Wiedergutmaching heet zoiets. Maar veertien jaar later kreeg Duitsland het dorp (en de berg) terug. Gekocht, voor 280 miljoen gulden. Eltenaren waren daar zelf niet blij mee, want Nederland zorgde veel beter voor hun dorp dan Duitsland. Je ziet er ook nog volop doorzinwoningen, typisch Nederlands. ‘Heim ins Reich’, kopten de kranten. Later verbouwden de mensen dit tot ‘Reich ins Heim’. Want kijk, dan komt de handelsgeest in actie, want die datum was precies bekend. Dat was 31 juli 1963.

Butternacht

"Nederlandse en Duitse handelaren kwamen op een idee. In de laatste week van juli parkeerden ze hun vrachtwagens in Elten, met lading. Of ze losten hun vracht in de huizen en verder in alles wat leeg stond. Op 31 juli stonden er tal van (koel-)vrachtwagens in het kleine dorp en huizen en café’s barstten uit hun voegen. Goed dat het toen niet zo heel warm was, want de lading: Vooral koffie en boter, producten die in Duitsland veel duurder waren dan in Nederland. Alle beschikbare ruimte in het dorp werd dus ingezet voor de smokkeloperatie. "Leegstaande huizen, bioscopen en danszalen zijn tot aan het plafond gevuld", citeert Tim Terhorst in zijn afstudeerscriptie over Elten. Inwoners vertelden dat menig schuurtje en woonkamer eveneens was volgestouwd. De douane greep niet in. De volgende ochtend, op 1 augustus stonden de trucks én de goederen plots op Duits grondgebied, zonder een grens te passeren. Er hoefden dus geen invoerrechten voor te worden betaald. De tijdelijke opslagruimtes in huizen en andere gebouwen werden diezelfde nacht nog leeggehaald en de producten in vrachtwagens geladen. Het was een nacht van ongekende bedrijvigheid in het dorpje, die de geschiedenis inging als de Eltener Butternacht. Naar schatting verdienden de Duitse en Nederlandse im- en exportbedrijven 50 tot 60 miljoen gulden aan de operatie. Het was zo'n stormrun op het dorp, dat de deelstaatregering van Noordrijn-Westfalen nog 250.000 mark overmaakte naar de gemeente om het asfalt te laten repareren dat door het konvooi kapotgereden was."

Dat is als een goed gelukte bankroof, heerlijk vanwege zo veel slimmigheid.

Ik logeerde in hotel Wanders en sprak met verschillende mensen die de Butternacht hadden meegemaakt. Onder hen niet de eigenaar van dat hotel. Bij binnenkomst had ik even het idee te maken te hebben met Fawlty Towers. Een grotere nurk als hij kun je je amper voorstellen. Elke vraag leek hem te veel. En zijn personeel werd door hem op dezelfde manier getraind, alleen zijn vrouw was ietsje vriendelijker. De avond voor vertrek gevraag om te kunnen betalen, geen enkele sjoege. Dat lukte wel op de ochtend van vertrek en toen ik de prijs zag wist ik meteen: Ja, voor zo weinig kun je niet op de eerste rang zitten. Hij had nog een afscheidsriedel ingestudeerd. “Dat is het fijne van een klein hotel; je leert elkaar een beetje kennen. Auf wiedersehen.” Nou, ik heb hem wel leren kennen, mij heeft ie nooit een vraag gesteld. Dus zin om de reïncarnatie van John Cleese een keer te ontmoeten? Ga naar Elten.

evr